De schreeuw
Als een grote logge reus torende de kaap boven zee uit. Het stormde. De wind gierde om de rots en suisde met ijzingwekkende snelheid over de kale vlakte van de top. Joanne gaf de voorkeur aan een dag als vandaag. Ze had zich vastgeklampt aan het houten hek dat haar en de afgrond van elkaar scheidde. Ze wilde haar hoofd eens goed leegmaken.